AVG-inzageverzoek: recht op bergen papier?

Onlangs werd een uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland van 26 april 2021 gepubliceerd, die antwoord geeft op een belangrijke vraag over inzageverzoeken onder de AVG.

De Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) kent het begrip “betrokkene”; een betrokkene is iemand van wie persoonsgegevens worden verwerkt. Artikel 15 van de AVG geeft de betrokkene het recht om bij verwerkingsverantwoordelijken op te vragen of er persoonsgegevens van de betrokkene worden verwerkt, en zo ja, welke. De achtergrond daarvan is, dat je als betrokkene kunt controleren of de gegevens juist zijn, en om eventueel gebruik te maken van andere rechten uit de AVG (bijvoorbeeld beperking of wissing van gegevens).

In de praktijk ontstond enige discussie over de vraag wat de verwerkingsverantwoordelijke precies moet verstrekken als er zo’n inzageverzoek binnenkomt. Gaat het om een overzicht waarin staat welke persoonsgegevens worden verwerkt, of moeten (kopieën van) alle documenten met persoonsgegevens van de betrokkene worden verstrekt?

De rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat dat eerste voldoende is. De AVG bepaalt dat de betrokkene recht heeft op een kopie van “de persoonsgegevens”; dat betekent dus dat een overzicht in begrijpelijke vorm voldoet. Op die manier kan de betrokkene kennis nemen van de gegevens die worden verwerkt, en controleren of die juist zijn en conform de AVG zijn verwerkt.

Verwerkingsverantwoordelijken zullen ongetwijfeld blij zijn met deze uitspraak. Degene die verwachtte door middel van een inzageverzoek een complete kopie van een dossier te ontvangen zal minder gecharmeerd zijn.