Originaire eigendomsverkrijging

Heeft u ooit gehoord van originaire eigendomsverkrijging? Waarschijnlijk niet. Het is zo’n typisch ingewikkelde, juridische term voor een in wezen alledaags verschijnsel, zeker voor ondernemers. Het kan daarom geen kwaad een paar minuten aan dit begrip te wijden. 

Originaire (of: oorspronkelijke) eigendomsverkrijging kan worden omschreven als het verkrijgen van een geheel nieuw recht op een zaak. Als een kunstenaar een beeld creëert uit een stuk steen, wordt hij in de regel gezien als de (eerste) eigenaar van dat beeld. Eventuele rechten op het stuk steen bestaan vanaf dat moment niet meer. Het kan voor een ondernemer van belang zijn dit begrip (en de gevolgen die het kan hebben) te kennen. Vooral als die ondernemer een toeleverancier is voor andere ondernemers. Toeleveranciers leveren vaak zaken onder eigendomsvoorbehoud. Door dit eigendomsvoorbehoud is een toeleverancier bij faillissement van de afnemer uitgezonderd van de algemene regel dat schuldeisers een gelijk recht toekomt om te worden voldaan uit de faillissementsboedel. Het biedt de leverancier een vorm van zekerheid: hij krijgt zijn spullen terug. Deze zekerheid is echter niet onbegrensd.

Door originaire eigendomsverkrijging kan eigendomsvoorbehoud tenietgaan. Voorbeelden van originaire eigendomsverkrijging zijn onder meer natrekking, zaaksvorming en vermenging. De onder eigendomsvoorbehoud geleverde voorraad (de zaak) zal door de koper vaak worden verwerkt, bewerkt of bevestigd. Tijdens dat proces kan die zaak onderdeel worden van een andere zaak, worden vermengd met een andere zaak of kan een geheel nieuwe zaak worden gevormd. Het eigendomsvoorbehoud gaat dan teniet doordat de (oude) zaak waarop dit voorbehoud zag niet langer bestaat.

Het verdere gevolg van die originaire eigendomsverkrijging  is afhankelijk van de wijze waarop de zaak door de koper wordt gebruikt, maar is redelijk vergelijkbaar:

  • Indien uit de geleverde zaak een geheel nieuwe zaak wordt gevormd, gaat het eigendomsvoorbehoud teniet.

  • Indien de geleverde zaak fungeert als onderdeel (bestanddeel) van een andere zaak (hoofdzaak), gaat het eigendomsvoorbehoud eveneens teniet. De geleverde zaak kan dan door deze natrekking onder het eigendomsvoorbehoud van de leverancier van de hoofdzaak vallen.

  • Ook indien de geleverde zaak wordt vermengd met een andere zaak (zoals bijvoorbeeld bij vloeistoffen het geval kan zijn) gaat het eigendomsvoorbehoud teniet. Dit is slechts anders als van het gemengde geen hoofdzaak kan worden aangewezen. In dat geval is sprake van (mede-)eigendom in de verhouding van de vermenging en zal het eigendomsvoorbehoud ten dele blijven bestaan.

Door originaire eigendomsverkrijging blijkt de leverancier met voorheen een goede zekerheidspositie bij faillissement van de koper slechts achter te blijven met een (concurrente) vordering tot betaling van de koopprijs. In nagenoeg alle gevallen is de faillissementsboedel echter al leeg voordat men toekomt aan een uitkering ten behoeve van deze concurrente schuldeiser. De positie van de leverancier onder eigendomsvoorbehoud is dus kwetsbaarder dan men wellicht op voorhand vermoedt. Het is voor de leverancier dus van belang zich bewust te zijn van die kwetsbare positie. Afhankelijk van het bewerkingsproces van de afnemer, zou dit ertoe kunnen leiden dat aanvullende zekerheden worden verlangd of een kortere betalingstermijn wordt gehanteerd.