Wkkgz: meer aandacht voor de administratie, minder voor de patiënt

Sinds 1 januari 2016 geldt de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz). De nieuwe wet leidt ongetwijfeld tot klachten en geschillen, maar niet tot kwaliteit.

Zorgaanbieders worden door de Wkkgz gedwongen om nog meer tijd en geld te besteden aan protocollen, administratie en overeenkomsten. Dat gaat onvermijdelijk ten koste van tijd voor de patiënt.

De wet geldt niet alleen voor grote zorginstellingen, maar ook voor beroepsbeoefenaren als huisartsen en fysiotherapeuten.

Eén van de eisen die de wet stelt, is dat zorgaanbieders per 1 januari 2017 een gedetailleerde schriftelijke overeenkomst aangaan met zzp'ers die voor hen werken. In de overeenkomst moet precies beschreven worden aan welke kwaliteitsnormen voor de zorgverlening de opdrachtnemer moet voldoen. Het (naïeve) idee hierachter is dat met de kwaliteit vanzelf in orde komt als het op papier goed geregeld is. Ergerlijker nog is de gedachte dat zorgaanbieders uit zichzelf geen kwaliteit van hun zzp'ers zouden eisen, maar daar een wettelijke plicht voor nodig hebben. ‘Baat het niet, dan schaadt het niet’, zeggen de voorstanders van de wet. Het kan toch geen kwaad om kwaliteitsnormen te benoemen?

Toch wel. De zorgaanbieder die deze wet braaf uitvoert, wordt geconfronteerd met een heel ander probleem. Sinds 1 mei 2016 geldt er namelijk nog een nieuwe wet, de Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelatie (wet DBA). Het gevolg van deze wet is dat zzp'ers strenger beoordeeld worden. De VAR (verklaring arbeidsrelatie) is afgeschaft. De Belastingdienst neemt niet meer zo snel aan dat een zzp'er echt zelfstandig ondernemer is, in plaats van een werknemer. Om aan te tonen dat iemand werkelijk zelfstandig is, is een overeenkomst nodig waaruit blijkt dat de opdrachtnemer de vrijheid heeft om de opdracht uit te voeren op zijn eigen wijze. Daar past niet bij dat de opdrachtgever nauwkeurig voorschrijft aan welke normen de zzp'er moet voldoen. Dat is nu precies wel wat de Wkkgz eist. Zorgaanbieders die zzp'ers inschakelen, kunnen in hun overeenkomsten niet langer opschrijven wat zij zelf belangrijk vinden. Zij worden gedwongen om bij de redactie van die overeenkomsten te schipperen tussen de eisen die verschillende wetten daaraan stellen. Dat leidt tot juridische scherpslijperij, maar in ieder geval niet tot verbetering van de kwaliteit.